Skip to main content
Aandacht verzacht

Fantoompijn

Of stomppijn

Fantoompijn

Of stomppijn

Wat is fantoompijn ?

Fantoompijn is een vorm van zenuwpijn. Deze kan ontstaan na het amputeren (ongeval of operatie) van een arm of been.

  • Oorzaken

    Bij een amputatie worden ook de gevoelszenuwen naar de arm of het been doorgesneden. Deze beschadigde zenuwen kunnen vervolgens een fantoomgevoel of fantoompijn veroorzaken.

    Een fantoomgevoel is niet pijnlijk. Het houdt in dat het geamputeerde lichaamsdeel gevoeld wordt zonder dat het aanwezig is. Dit kunnen warmtegevoelens en tintelingen zijn, maar ook kan een gevoel bestaan dat arm of been korter of langer is (dislocatiegevoel). Hierbij is het gevoel aanwezig dat voet of knie veel hoger of lager zit dan bij het andere been.

    Fantoompijn is veel heftiger. Hierbij spelen de hersenen een belangrijke rol. Daar vindt het proces van bewustwording plaats. Ook pijn wordt daar dus waargenomen. Eigenlijk wordt het gehele lichaam waargenomen in de hersenen. Zo ook de armen en de benen.

    Bij een geamputeerde arm of been “missen” de hersenen het geamputeerde deel als het ware. Het gebied dat de arm of het been bestuurde heeft nu eigenlijk niets te doen. Er komt vanuit het geamputeerde lidmaat geen informatie meer in de hersenen. De cellen willen toch prikkels ontvangen en worden gevoeliger (sensitisatie) voor prikkels van naastgelegen gebieden (reorganiseren). Dit kan voor pijn zorgen in de arm of het been dat er niet meer is.

  • Klachten

    Bij fantoompijn bestaat er pijn ter plaatse van het lidmaat dat geamputeerd is. Dit kan snel na de amputatie optreden, maar soms ook jaren later. Fantoompijn zien we vaak bij amputatie beiderzijds, beenamputatie, amputatie meer richting hand of voet of als er ernstige pijn bestaat direct voor of na de amputatie.

    De pijn is zeer karakteristiek. Er zijn brandende, schietende, prikkende, stekende, snijdende of krampende (rigide fantoompijn) sensaties. De pijn kan continu aanwezig zijn, maar ook als aanval en kan uitgelokt worden door prikkels. Dit kunnen neuromen zijn in de stomp (zie onder), maar ook kan er sprake zijn van pijn (psychische fantoompijn) die uitgelokt wordt door factoren ten tijde van de amputatie zelf. Te denken valt hierbij aan geluid, voorwerpen, personen, etc. Bij het ervaren van deze factoren kan de fantoompijn optreden.

    Fantoompijn kan soms ook gedurende langere tijd afwezig zijn.

    Naast fantoompijn bestaat er na amputatie ook kans op het ontwikkelen van stomppijn. Zoals de naam al zegt betreft dit pijn in de stomp zelf.
    Dit kan ontstaan door een slechte bloedvoorziening in het been waarbij de stomp vaak bleek en koud is. De pijn is vaak brandend of tintelend en om de pijn te behandelen dient de circulatie te verbeteren.

    Ook spasmen in het stompgebied kunnen voor pijn zorgen. De pijn is dan stekend of krampend en aanvalsgewijs. Om dit enigszins te verminderen moet het spasme worden verholpen.

    Een andere oorzaak van stompijn is een neuroom. Dit ontstaat als er een soort “spruit” van zenuwweefsel groeit aan het eind van een zenuw nadat deze doorgesneden is. Deze cellen hebben een verhoogde activiteit waardoor pijn ontstaat. De pijn zit vaak op een zeer gevoelig plekje op de huid, dat extreem gevoelig kan zijn bij lokale aanraking. Het kan pijn geven in de stomp zelf, maar zeker ook fantoompijn in het geamputeerde lichaamsdeel.

  • Diagnose

    De diagnose wordt gesteld op basis van het verhaal en de bevindingen bij lichamelijk onderzoek. Bij problemen in de stomp door slechte doorbloeding kunnen aanvullende vaatonderzoeken nodig zijn.

  • Behandeling

    Bij onderzoek naar en behandeling van fantoompijn en stomppijn kunnen meerdere specialisten betrokken zijn. Veelal zijn dit de chirurg, revalidatie-arts en pijnarts.

    Bij de behandeling van de pijnklachten kunnen paracetamol en/of ontstekingsremmers zeker geprobeerd worden, echter het effect is vaak niet voldoende. Er zal ook gewerkt moeten worden met middelen tegen zenuwpijn zoals amitriptyline, pregabaline, gabapentine, duloxetine. Dit zijn medicijnen die tegen zenuwpijn kunnen helpen, naast hun oorspronkelijk gebruik tegen epilepsie en depressie. Bij ernstige pijn kunnen morfine-achtige pijnstillers voorgeschreven worden.

    Mochten de pijnstillers niet afdoende zijn, dan is eenbehandeling met TENS te overwegen. Dit bestaat uit een batterij met twee elektrodeplakkers die kleine elektrische stroompjes afgeven. De plakkers worden geplaatst op het pijnlijke gebied en tegelijkertijd in hetzelfde gebied in het gezonde lidmaat. Hierdoor hopen we de dysfunctie in de hersenen teniet te doen en de pijn te verminderen. Uiteraard wordt ook fysiotherapie toegepast. Andere opties zijn botuline-injecties waardoor spieren verlamd worden gemaakt. Dit voorkomt de spiertrekkingen en vermindert daardoor de pijn. Operatieve verwijdering van een neuroom, operaties om de bloeddoorstroming te verbeteren in de stomp, crèmes die lokale verdoving bevatten, zoals lidocaïne, crèmes met capsaïcine of een Qutenza behandeling.

    Mocht dit allemaal niet afdoende zijn, dan kan een lokale injectie of zenuwbehandeling met PRF gedaan worden bij stomppijn of bij een neuroom. Tot voor kort werd ook ruggenmergstimulatie toegpast met goed resultaat, echter na beoordeling door verzekeraars is dit per 1-1-2020 uit het te verzekeren pakket gehaald. Wellicht komt dit na gedegen onderzoek op termijn weer terug als te verzekeren zorg. Bij fantoompijn heeft invasieve behandeling meestal weinig effect. Daarvoor wordt toch het meest effect verkregen met pijnstillende medicijnen.

    Als het vermoeden bestaat dat de pijn naast lichamelijke klachten ook andere, niet-lichamelijke klachten veroorzaakt, kunnen psycholoog, psychosomatisch fysiotherapeut of revalidatiearts gevraagd worden mee te kijken om te beoordelen hoe het functioneren zo optimaal mogelijk kan blijven ondanks de aanweizgheid van de pijnklachten. Het biopsychosociaal pijnmodel zal dan met u worden besproken.

    Het kan dus voorkomen dat uw klachten gecombineerd behandeld worden door meerdere specialismen.


"Erg fijn dat mijn pijnspecialist samen in een team zit met revalidatiearts en orthopeed om te overleggen over mijn pijn."